wat tegenslagen ons leren

maart ’24

“Er is een tijd om geboren te worden en een tijd om te sterven; een tijd om te planten en een tijd om het geplante uit te trekken;”. Afgelopen weken werd ik aan deze tekst uit het Bijbelboek Prediker herinnerd. Zo stelt de auteur dat er voor alles een tijd is. Er is een tijd waarin iets komt, maar ook dat het weer gaat; een tijd van omhoog en een tijd van omlaag.

Toen ik daar zo over nadacht, kon ik mij wel voorstellen dat het fijn was om zo op het leven te kijken. Het zei namelijk niks over waar deze ups en downs goed voor waren of wat je ermee aanmoest – het omarmde het gewoon zoals het was.
Daarbij gaf het mij de geruststelling dat 
er altijd weer een betere periode zou komen. Ik vergat alleen dat dat ook meteen de keerzijde was; er zou ook steeds weer een down komen. En dat niet alleen: dit zou dus het hele leven door blijven gaan – het. hele. leven. lang.

UP, DOWN, REPEAT

Bij nader inzien was de tekst uit Prediker dus helemaal niet geruststellend. Wanneer je de tekst verder leest, dan zie je ook dat dit exact de intentie van de auteur. Bovenstaande citaat is namelijk pas het begin van een lange opsomming van gelijke strekking: “Een tijd om stenen weg te werpen en een tijd om stenen te verzamelen, een tijd om te omhelzen en een tijd om zich ver te houden van omhelzen; een tijd om te zoeken en een tijd om verloren te laten gaan, een tijd om te bewaren en een tijd om weg te werpen;” – enz, enz.

Door deze herhaling laat de auteur dus zien hoe monotoon en vermoeiend het leven eigenlijk is. We houden ons dan wel steeds bezig met allerlei zaken, het is allemaal te herleiden tot iets dat komt, maar dat ook net zo goed weer vergaat. Dat roept dus een paar existentiële vragen op. Wat is het doel als we steeds maar weer door deze cyclus gaan? En aangezien het toch steeds op verval eindigt, why even bother? Zoals de auteur na de lange reeks schrijft: “wat bereikt iemand nou werkelijk door hard te werken?”. Is er überhaupt wel een doel??? 

THE MORAL OF THE STORY

Hoewel de auteur bovenstaande vraag meer retorisch stelde, was dit toch een belangrijke vraag waar ik mij dan ook vaak mee bezig heb gehouden. Is er namelijk geen doel, dan heeft het leven geen zin. Is het er wel, dan moeten we ernaar streven datgene te behalen. Een belangrijke vraag dus, maar helaas moest ik ook constateren dat er geen doel was. Althans – niet zonder God en laat dat nou exact de moraal van Prediker zijn. 

Als je het hele boek bekijkt, dan zie je namelijk hoe buitensporig de auteur benadrukt dat er nergens betekenis in te vinden is. Rijkdom, wijsheid, plezier – zo’n 10 hoofdstukken lang onderstreept hij de zinloosheid hiervan. Het ding is, net zoals hij in die lange reeks liet zien, vergaat dit allemaal. Vrij depressing dus, maar dat is niet de boodschap die de auteur wil geven. Door de zinloosheid zo uitvoerig te onderstrepen, wilde hij juist laten zien dat wij het zelf niet kunnen. Wij moeten het buiten onszelf zoeken, namelijk in God. De auteur wist dit immers maar al te goed. 

Voordat hij Prediker schreef, stond Salomo – de auteur – namelijk heel anders in het leven. Zo was hij Godvrezend en had God hem met die rijkdom, macht en wijsheid begenadigd. Het ding was alleen dat hij die wijsheid niet op ieder gebied gebruikte, waardoor hij later zijn rug naar God toekeerde. Het gevolg was alleen dat hij toen ineens werd geconfronteerd met hoe zinloos het leven eigenlijk was. God is als onvergankelijke Maker, namelijk Degene Die ons kan leiden waardoor de dingen wij ondernemen wél de zinloosheid overstijgen – het is alleen aan ons of we dat willen. 

Aangezien we een vrije wil hebben, laat God het aan ons of wij Hem in ons leven toelaten of niet. Willen we dat dus niet, dan laat God ons. Maar, dan zijn we wel aan die zinloosheid overgeleverd, aangezien we dan op onszelf zijn aangewezen. Vandaar ook dat toen Salomo God niet meer in zijn leven wilde, ‘de tijd om te planten en de tijd om het geplante uit te trekken’ slechts een uitzichtloze herhaling werd.
Willen we God echter wél in ons leven, dan leidt Hij ons graag om zo deze tijden voor onze ‘greater good’ te laten zijn. Zoals Romeinen 8:28 zegt: “Eén ding weten wij: voor wie Hem liefhebben laat God alles meewerken voor hun bestwil, want Hij heeft een plan met hen.”

‘SPRING’VEREN

Net zoals Prediker, erkent Romeinen 8:28 dus dat het leven uit goede én mindere tijden bestaat – God laat namelijk alles ten goede meewerken – de mindere tijden hebben nu alleen een doel! Super mooie belofte dus, maar je kan je afvragen waarom God niet gewoon de mindere tijden helemaal weglaat. Hij zou toch net zo makkelijk ervoor kunnen zorgen dat onze levens voorspoedig verlopen zonder de uitdagingen van het leven?
Het ding is, de mindere tijden horen er eenmaal bij. Zo waarderen we de betere momenten meer
 en nog belangrijker – soms moeten we gewoon door uitdagingen heen. Net zoals een springveer wordt indrukt waarna het vele malen hoger springt, moeten wij ook worden ‘ingedrukt’ door allerlei uitdagingen, zodat we weer vele malen verder komen. You don’t get thick skin without getting burnt, after all.

Als je verder in de Bijbel kijkt – of eigenlijk een paar hoofdstukken terug – dan zie je hoe God deze mindere tijden ten goede gebruikte. Esther bijvoorbeeld, werd tot koningin benoemd van het land waar ze eigenlijk als banneling was. Later zette ze dit – maar bovenal haar leven – op het spel toen bleek dat haar volk in de problemen was. Dat kostte dus flink wat lef, maar zo voorkwam ze wel de omlegging van de Joden.
Jozef werd op zijn beurt door tegenslag na tegenslag in nederigheid getraind. Dat was nodig, want toen hij tevens door die tegenslagen in een hoge functie terecht kwam, kon hij dit met de juiste houding doen en zo zijn volk van een hongersnood redden! Zo werd Jezus de verdrukking ook niet bespaard; Hij moest net zoals wij hierdoor gehoorzaamheid leren. Hij werd alleen ook letterlijk verdrukt – namelijk door Zijn kruisiging. En dat was niet eens voor Hemzelf, maar voor ons!

Op het moment is het dan wel niet leuk, de Bijbel liet mij echt inzien dat God de verdrukkingen voor onze bestwil gebruikt. Over de jaren heen heb ik dus veel geruststelling in deze gedachte kunnen vinden wanneer het leven even niet ging zoals ik wilde, afgelopen weken kwam daar alleen plots verandering in. Ik realiseerde mij namelijk dat hoe mooi de sterker makende springveer ook klonk, niet altijd zagen we waar iets goed voor was. Het gevolg was dat ik naar de tekst uit Prediker 3 werd gekatapulteerd en dus op de gedachtegang kwam waar deze blog mee begon. Als het leven toch niet altijd een springveer was zoals ik dacht, dan kon ik net zoals Salomo er maar beter geen verwachtingen aan hangen, right?

Zoals je al hebt kunnen lezen, was deze houding echter erg depressing. Het had dan inderdaad geen verwachtingen, daardoor werd het ook een stuk hopelozer. Daarbij stond ik ook helemaal niet achter deze levensbeschouwing, zelfs al zag ik niet altijd de regenboog na de regenbui. Het zou namelijk betekenen dat de belofte uit Romeinen niet klopte, wat God dus tot een leugenaar zou maken. Ik heb echter te veel meegemaakt om te weten dat dit niet het geval was en bovendien realiseerde ik mij dat het probleem ook niet lag in het niet kunnen zien waar iets goed voor was. Het lag in de verwachting.

WHERE’S THE KARMA??

Het ding is, Romeinen 8:28 belooft dan wel dat met God alles altijd ten goede is – het zegt alleen niet wat dat is. Zo kan het dus dat God iets heel anders geeft dan wat wij wilde: meer geloof of vertrouwen op Hem bijvoorbeeld. Dat is niet even tastbaar als een materiële beloning, maar is zeker wel waardevol!
Het kan ook zo zijn dat God niet meteen iets geeft, maar dat er een ripple effect ontstaat, zoals ik al eerder omschreef. Jaren later kan je dan ineens erachter komen waar dat goed voor was, maar het kan ook zo zijn dat je er nooit achter komt. Wat het geval ook is, God laat nooit iets voor niks zijn. Zoals ik ook al eerder schreef, kijkt Hij naar the bigger picture. Dat gaat vele malen verder dan wijzelf.

We kunnen dus wel verwachten dat God alles ten goede gebruikt, maar niet dat Hij altijd toont wat dat is. Doet Hij dit niet, dan is het simpelweg niet aan ons om daarmee bezig te zijn. Als we écht geloven dat God alles in Zijn handen heeft, dan hoeven wij ons ook niet bezig te houden met resultaat. Wat dat betreft lag er wel een stukje waarheid in Salomo’s opvatting  – namelijk in het loslaten van onze verwachtingen. 
Waar het ons wel omgaat is dit: als God niet het resultaat geeft dat jij had verwacht, wat doe je dan? Val je van jouw geloof, omdat jij het gevoel hebt dat God heeft gefaald of blijf je desondanks op Hem vertrouwen? Met andere woorden: geloof je enkel wanneer het jou uitkomt of blijf je volhouden? 

“Al zou de vijgenboom niet bloeien en de wijnstok geen druiven opleveren, al zou de oogst van de olijfboom teleurstellen en de akker geen voedsel geven, al zouden alle schapen uit de schaapskooien verdwenen zijn en geen runderen meer in de stal staan, tóch zal ik mij verheugen in de Here en juichen over God die mij redt!” (Habakuk 3:17, 18)

Afgelopen weken eindigde ik dus op deze conclusie. Nu vond ik het best logisch om niet te verwachten dat God altijd maar voorspoed zou geven, maar door deze overdenking realiseerde ik mij dat ik op het een bepaald gebied wel deed. Namelijk rondom mijn illustratiecarrière. Enkele jaren geleden had God mij immers naar het illustratievak toegeleid, waardoor ik alles op alles ben gaan zetten om dit achterna te gaan. (Lees hier daarover.) Nadat ik flink wat struggles hierin heb moeten overwinnen, had ik verwacht snel als illustrator door te breken. God had mij immers deze opdracht gegeven, dan zou ik daar toch succesvol in worden??

Onbewust had ik dus gerekend op deze ‘beloning’. Vooral omdat ik er hard voor heb moeten werken. Ja, als gelovige kan je verwachten dat God voor jou zorgt, ik kon alleen niet eisen dat Hij gaf wat ik wilde. Zelfs al was het een opdracht van Hem zelf. Inmiddels ben ik dus ruim 3 jaar geleden afgestudeerd en ben ik nog niet als illustrator doorgebroken. Not gonna lie – in het begin was dat moeilijk om te accepteren. Ik heb echter geleerd God daarin te moeten vertrouwen. Misschien word ik nooit wel succesvol als illustrator, of misschien pas over tien jaar – so be it. Met God weet ik dat Hij voor alles een doel heeft en mij uiteindelijk wel op de juiste eindbestemming brengt; waar dat ook is. Het is dan misschien wel een hobbelige rit, we zijn dan ook niet gemaakt voor een perfecte looping. So better enjoy the ride, right? 🙂

Scroll naar boven